Judith Evelien – @judithevelien


Bij het naar buiten gaan werd ik subtiel aangetikt bij het passeren. Toen ik achterom keek, kreeg ik, als blijk dat het niet met opzet ging, een vriendelijk knikje terug. Tegelijk met het omkijken, voelde ik van achteren een soort van luchtstroom. Ik werd zowel van voren als van achteren benaderd. Dit was niets minder dan een afleidingsmanoeuvre. Bij het naar buiten treden van het winkelcentrum was mijn tas bijna ongemerkt van mijn schouder gegrist! Ik wilde het eigenlijk op een gillen zetten, want ik werd meteen overmand door een vreselijke boosheid.

‘’Er was geen weg meer terug,
nu had ik me erin vastgebeten.’’

Judith Evelien


Ik had de dader nog in het vizier en in alle kalmte liep ik deze jongedame achterna. Ze zal niet ouder dan twintig zijn geweest. Vliegensvlug was ze! Het maakte me vreselijk kwaad. Paniekerig keek ze af en toe achterom, bang dat ze achtervolgd werd? Ik wist me dusdanig op de achtergrond te houden dat ik me aan haar blikveld wist te onttrekken. Ze leidde me door drukke straten en we doorkruisten een vol marktplein. Dit vergde de nodige concentratie van mij, want als ik niet goed oplette, was ik haar zo kwijt. Er was geen weg meer terug, nu had ik me erin vastgebeten. Ik zou mijn tas terugkrijgen!

”Een smoezelige uitziende man
deed de deur open.”

Judith Evelien


Na het marktplein kwam ik uit op een ander plein. Een bruisend plein vol terrasjes en horecagelegenheden. Het meisje liep naar het midden, naar een wazig restaurantje. Het restaurantje bevond zich op een tweede etage van een vervallen gebouwtje. Om dat gebouwtje heen stonden allerlei terrasjes uitgestald van andere horecagelegenheden. De terrassen zaten aardig vol. Het meisje liep de trap op en er ging een deur open. Een viezige en smoezelige uitziende man, met lange, zwarte en slierterige haren, gestoken in wat leek, kokskleding, zag het meisje al aankomen en deed de deur open. Hij stak zijn hand uit, mompelde wat tegen haar en hij nam mijn tas in ontvangst.

‘’Wie was dat meisje?

Was ze zijn dochter? Een nichtje? ‘’

Judith Evelien


Voordat de beste man die deur weer dicht zou smijten, besloot ik hem een halt toe te roepen: ‘’Mag ik nu mijn tas weer terug?! Hij is namelijk gestolen!’’ Riep ik van onderaan de trap. De man keek naar beneden, zijn geniepige kraaloogjes hadden me in het vizier en als reactie scandeerde hij luid dat ik er maar beter voor moest zorgen dat ik zou maken dat ik wegkwam. Hij was duidelijk niet onder de indruk van dat volle terras en van mijn bewering dat die tas gestolen was. Wie was dat meisje? Was ze zijn dochter? Een nichtje?

‘’Als je nu niet heel gauw weggaat,

dan breng je het er niet meer levend vanaf!!’’

Judith Evelien


‘’Ik ga niet weg voordat ik mijn tas terugkrijg!’’ Siste ik vastberaden terug. Mijn bloed begon steeds meer te koken en het liefste wilde ik die trap op rennen om mijn tas eigenhandig terug te grissen. Iets hield me tegen en ik stond vastgenageld aan de grond. Het bleef bij mijn grote waffel, al vond ik dat zelf al heel wat. Mijn boosheid begon steeds meer de overhand te nemen. Daar had deze meneer geen boodschap aan. Hij raakte alleen maar meer geërgerd; ‘’Als je nu niet heel gauw weggaat, dan breng je het er niet meer levend vanaf!!’’  Riep hij dreigend.

‘’Dreigde hij me nou echt te vermoorden?’’

Judith Evelien


Ondertussen glipte het meisje vlak langs mij heen, weer de menigte in. Waarschijnlijk op zoek naar een ander slachtoffer? Haar wegglippen gaf mij even de tijd om door te laten dringen wat die nare man me zojuist toe had geroepen. Dreigde hij me nou echt te vermoorden? In plaats van dat ik gehoor gaf aan zijn dreigement, haalde het alleen nog maar meer het bloed onder mijn nagels vandaan! ‘’Je doet maar wat je niet laten kunt, als je me maar eerst mijn tas teruggeeft!’’ Riep ik bijdehand terug. Het maakte me op dat moment ook niets uit. Alsof het niets was wat de beste man me zojuist toe beet. De adrenaline zegevierde op dat moment en maakte me roekeloos. Giftig keek de man mij nu aan, brieste een paar keer flink en trok toen zonder nog iets te zeggen de deur woedend achter zich dicht.
Daar stond ik dan. Met lege handen. Ik durfde het niet aan om die trap op te lopen en die deur open te trekken. Ik ademde eens flink in- en uit en riep toen uit onmacht dat ik aangifte zou gaan doen. De man op het terras waar ik even daarvoor oogcontact mee had, moedigde dit aan. Verdwaasd en in gedachten verzonken droop ik af.

‘’Ik versnelde mijn pas in de hoop
dat mijn onderbuikgevoel een misvatting was.’’

Judith Evelien


Toen ik even opkeek, zag ik dat ik onbedoeld een doodlopende steeg in was gelopen. Daar stond een man die ik eerder nog helemaal niet op had gemerkt. Ik was te diep in gedachten verzonken geweest en besloot nu om gauw om te draaien want die man liet mij huiveren. Ik versnelde mijn pas in de hoop dat mijn onderbuikgevoel een misvatting was. Zodra ik mijn pas versnelde, hoorde ik achter mij dat de man ook in beweging kwam. Het ging zo snel, zelfs voor achterom kijken was het te laat! Mijn versnelde pas veranderde in luttele seconden in rennen. Zo hard als ik kon!
Ik had het me niet verbeeld. Die man was daar met een reden, bleek nu. Hij kwam daadwerkelijk achter mij aan! Het duurde niet lang voordat hij me te pakken had en hardhandig draaide hij mijn gezicht naar zich toe. Ik probeerde omlaag te kijken, zijn priemende ogen ontwijkend. Hij zei niets, greep me bij mijn keel en dwong me hem aan te kijken. Al sloeg ik nog zo wild om mij heen, ik kon me niet verzetten. Zijn blik, zijn gezicht, het bezorgde me koude rillingen. Geen emotie alleen maar kilheid. Moedwillig en vast verzekerd kneep hij mijn keel nog harder dicht. Hij had er maar één hand voor nodig. Schreeuwen ging niet. Hij drukte te hard, er kwam geen geluid uit.

‘’Mijn lijf ging steeds zwaarder aanvoelen.
Mijn benen voelden slap
en
mijn ogen voelden steeds zwaarder.’’

Judith Evelien


Hier was ik niet tegenop gewassen! Hij was veel te sterk, wist wat hij deed en hoe hij het moest doen. De smoezelige man had het niet alleen bij dreigen gelaten! Dat werd me nu wel duidelijk. Nu kon ik niet meer terug! Ik kreeg écht geen lucht meer. Mijn benen voelden slap en mijn ogen voelden steeds zwaarder. De druk op mijn hoofd werd groter en ook pijnlijk. Ik glipte weg als zand tussen mijn vingers. Ademhalen ging niet meer en ik zakte een diep, donker gat in…

‘’Het drong tot me door… ‘’

Judith Evelien


Abrupt schoot ik nu overeind. Happend naar lucht. In één ruk was ik wakker. Het drong tot me door dat ik had gedroomd! Hoe kan het dan dat ik echt geen lucht krijg? Ik hapte echt naar adem! Bij iedere ademteug hoorde ik een piepje. Ik nam een slok water. Ook dat hielp niet. Ik was vreselijk benauwd! Mijn droom schoot weer door mijn hoofd. Ik voelde me er nog helemaal naar van. Iedere detail kon ik me nog herinneringen. Het was levensecht! Wat een vreselijke nachtmerrie en wat was ik vervolgens raar wakker geworden. Ik had echt even tijd nodig om het door te laten dringen.

Mijn droom was mijn inspiratie

Al een tijd geleden droomde ik dit. Heel erg intens! Het voelde zo echt, dat mijn lichaam er gewoon echt, fysiek op reageerde. Het bracht me ook echt wel even van mijn stuk en het duurde ook even voordat ik niet meer benauwd was. Alsof ik even daarvoor echt was gewurgd. Ik besloot mijn droom op te schrijven, want ik wist alle details nog. Mijn voorliefde voor verhalen schrijven werd hiermee weer aangewakkerd. Daar waar mijn droom stopte, wilde ik eigenlijk het verhaal verder schrijven…

Wat vind jij…?

Vertel! Zal ik een vervolg schrijven? Zo ja? Help je dan mee? Geef me een steekwoord waarmee ik verder mee uit de voeten kan en laat dit achter bij de comments hieronder of bij mijn post op Instagram: @judithevelien. En dan verweef ik de steekwoorden uit de comments in het vervolg!


Wil je op de hoogte blijven van nieuwe publicaties? Volg mij dan ook op Instagram: @judithevelien


Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *