Vandaag overkwam het me sinds tijden weer eens dat ik een uur te vroeg aankwam op plaats van bestemming. Dat was me in deze mate lange tijd niet meer overkomen. Heel even voelde ik me weer dat kleine, nietige meisje van toen. Dat meisje die niet kon rekenen en zich daardoor dom voelde en zich ervoor schaamde dat ze zo’n moeite had met rekenen en alles daaromheen. Hoewel ik af en toe kapot ging van de stress, weerhield me dat er niet van om stug door te gaan. Zo was ik het immers gewend. Want terugkijkend was die ‘rekenonkundigheid’ een eitje vergeleken bij de rest van mijn jeugd. Wist ik toen veel!

KOPP-zorgen

Pas veel later zou blijken dat ik dyscalculie heb. Dyscalcu- wattes?! Juist. Een venijnige rekenstoornis die me heel wat keren kopzorgen bezorgde in mijn vroegere jaren. Daarnaast had ik ook ‘KOPP-zorgen’ en dat is dan weer een mooi bruggetje naar vandaag en hoe deze zorgen vandaag samen kwamen. KOPP staat voor Kind van een Ouder met Psychische Problemen.

Het is wat het is

Door een kleine wijziging in het programma veroorzaakte dat dus kortsluiting in mijn dyscaluliebrein en dat zorgde ervoor dat ik er pas in de trein naar Amersfoort achter kwam dat ik een uur te vroeg de trein had genomen. ‘’Ach, beter te vroeg dan te laat…’’ Zo wist ik het voor mezelf wat om te buigen, maar een kleine golf van frustratie kon ik daarmee niet helemaal wegnemen. Want grrr… wat vervelend dat ik dit dan niet kan tackelen! Maar dom voel ik me dan allang niet meer! Ja, misschien op een grappige manier. Want handig is anders. Het belemmert me niet meer in mijn zelfwaarde, want dit ben ik. Het is wat het is en ik kan er ook niets aan doen.

In gesprek over KOPP en ouderschap

Enige tijd geleden werd ik door Eleni Papamikrouli van Mind Naasten Centraal benaderd met de vraag of ik mee wilde werken aan een module voor ouderschap voor ouders met een KOPP verleden. Dat zou betekenen dat ik gefilmd zou worden tijdens een gesprek waarin KOPP gerelateerde onderwerpen met betrekking tot het ouderschap aan de orde zouden komen. Een onderwerp die mij nauw aan het hart gaat. Thema’s en onderwerpen waar ik ook zo mijn worstelingen in heb gehad en soms nog steeds weleens. Dit zou plaatsvinden in Amersfoort, vandaar het avontuur met de trein.

Vragen als hoe je je voor hebt bereid op het ouderschap en of je je zorgen hierover met je partner kon delen, maar ook het belang van een ondersteuningsnetwerk voor mij en mijn gezin, het gesprek aangaan met je kinderen over onderwerpen als psychische gezondheid en hoe ik mijn zorgen en behoeften met mijn partner of familie bespreek als het aankomt op mijn mentale gezondheid en het ouderschap, zouden aan bod komen.

Ik had niet overal meteen een antwoord op

Belangrijke onderwerpen en belangrijke vragen. Moeilijke vragen waar ik niet altijd meteen een antwoord op had. Vandaag heb ik ze beantwoord. In alle eerlijkheid en vooral in al mijn kwetsbaarheid. Dat ik dat kan, zegt heel veel over de stappen die ik de afgelopen jaren heb gezet.

Steun en troost vragen is moeilijk

Ik merkte dat ik het heel lastig vond om te vertellen over het belang van een ondersteuningsnetwerk en of ik mijn zorgen in de voorbereiding op het ouderschap met mijn partner kon bespreken. Waarom? Omdat in de tijd dat ik opgroeide en ons gezin te maken had met de psychische kwetsbaarheid van mijn moeder en alles wat daarbij kwam kijken, ik als kind, totaal niet bezig was met een ondersteuningsnetwerk of het belang daarvan. Voor mij was onze gezinssituatie normaal, ik kende niet anders en wist niet beter. Al heel jong was ik op mezelf aangewezen en raakte daar vertrouwd mee. Dat is tijdens het opgroeien en volwassen worden met mij meegegroeid en onderweg leerde ik hier en daar echt wel te delen en hulp te vragen, maar dat waren ‘snippers’ van alles wat ik zelf deed. In mijn school- en studieperiode deelde ik volop met vriendinnen die dichtbij mij stonden, in die periode zie je elkaar dagelijks en trek je veel met elkaar op. Als dat wegvalt, dan wordt ook dat delen minder. Althans, zelden belde ik echt iemand op het moment dat ik het moeilijk had. Terwijl dat echt wel had gekund! Ook met familie waar ik hecht mee was deelde ik en kon ik altijd terecht. Nog steeds. En toch… op de momenten dat ik het zwaar had, deed ik het niet. Achteraf, als we elkaar dan weer ergens zagen, dan schroomde ik niet om te delen. Zo is dat grotendeels eigenlijk nog steeds.

In onveilige situaties heb ik de neiging om me terug te trekken

De enige bij wie ik dit wel altijd deed, was mijn vader. Gek hoe dat werkt. Nou ja, ook weer niet. Want als ik kijk hoe ik reageer in onveilige situaties, dan heb ik vooral de neiging om me terug te trekken en/ of in de aanval te gaan en volgens mij is dit daar wel een verlengde van. Pas als ik me dan weer behaaglijk voel, ben ik meer in staat om te delen. Maar ja, dan is het zogenaamde ‘nijpende’ er natuurlijk al weer vanaf. Het zou toch fijn zijn als ik op het moment suprême troost en steun kon zoeken en me dan niet meer zo alleen hoef te voelen in mijn verdriet, pijn of angst. In schrijven heb ik altijd een heel waardevol klankbord gevonden. Dat was mijn grootste ondersteuningsnetwerk.

Ik doe het zelf wel!

Op mijn twintigste liep ik vast in mijn opleiding en kwam ik in contact met een schoolmaatschappelijk werker. Ik deelde voor het eerst mijn verhaal en prompt werd ik na een aantal gesprekken doorverwezen naar een zogeheten KOPP-groep. Een lotgenotencontactgroep. Heel gezellig, maar dat was op dat moment echt een brug te ver voor mij. Als je al zolang op jezelf aan bent gewezen, dan zit je dermate verstrengeld in je overlevingsmechanisme, dat steun of hulp vragen niet in je woordenboek voorkomt. Althans, dat gold voor mij toen wel.

Een hulpverlener komt er niet zomaar meer tussen

Zo’n overlevingsmechanisme is in mijn geval al op zeer jonge leeftijd ontstaan en daar komt een hulpverlener dan niet zomaar meer tussen. Dat is ook het venijn van KOPP problematiek binnen (jonge) gezinnen en dit is ook een belangrijke reden voor het gegeven dat veel KOPPers zich niet eens bewust zijn van het feit dat hun gezinssituatie geen normale of gezonde situatie was voor hen en de worstelingen die daaraan inherent zijn. KOPP mag dan wel staan voor een ‘Kind Van’, maar kinderen groeien uit tot volwassenen en dan is de erfenis uit hun jeugd en alles wat dat met zich meeneemt, niet ineens op miraculeuze wijze verdwenen. The struggle goes on en het kind groeit dan uit tot een zogeheten KOPP volwassene. Lastig om dan te begrijpen waarom je vastloopt in telkens terugkerende patronen. Om maar te zwijgen over wat je dan tegenkomt als je zelf een kind krijgt.

Er is steeds meer aandacht voor het hele systeem

De laatste jaren is er gelukkig steeds meer aandacht voor het belang van hulp en ondersteuning voor het hele ‘systeem’ wanneer er sprake is van psychische problematiek binnen een gezin. Ik denk dat dit minstens zo belangrijk is als een ondersteuningsnetwerk. Hierin valt zoveel te behalen voor een gezin waarin er sprake is van psychische problemen.

Ik denk overigens dat niet alleen herkenbaar is voor KOPPers, maar dat mensen zonder een KOPP verleden zich hier ook wel in herkennen. Steun en/ of hulp vragen is voor heel veel mensen moeilijk.

Ik had meer kunnen geven en delen

Mijn zorgen heb ik ook met mijn partner kunnen delen, maar ook dit waren slechts ‘snippers’. Ik had hierin veel meer kunnen geven en delen, zodat hij meer inzicht zou krijgen in mijn strubbelingen en beter kon plaatsen waarom bepaalde dingen nou zo moeilijk voor me waren en waarom bepaalde dingen me niet als vanzelf afgingen. Dingen waarvan je van tevoren zou denken dat ze van nature zouden ontstaan bij het worden van ouders. Dit bleek bij mij niet zo te zijn en dat is waar ik het heel erg moeilijk mee heb gehad, maar wel vooral in mijn eentje. Terugkijkend had ik dat anders willen doen, al besef ik me terdege dat ik dit op dát moment eenvoudigweg niet kon. Ik wist toen nog niet wat ik nu wist. Nu heb ik die kennis wel en daarom lukt het me ook om hem hierin steeds meer deelgenoot te maken.

”Net zoals het bij me hoort dat ik een geweldige rekenonkundige ben, heb ik er nu berusting in dat niet alles me in het moederschap op natuurlijke wijze afgaat.”

Judith Evelien

Net zoals het bij me hoort dat ik een geweldige rekenonkundige ben, heb ik er nu berusting in dat niet alles me in het moederschap op natuurlijke wijze afgaat. Ook ouders zonder een KOPP verleden zijn niet volmaakt, iedere ouder zal op zekere momenten maar wat aanklooien! Voor mij was het als kind het belangrijkste dat het goed ging met mijn moeder, want dan ging het ook goed met mij. Het enige wat ik dus moet doen is ervoor zorgen dat ik goed blijf gaan, zodat ik die moeder voor mijn kinderen kan zijn, die ik zo gemist heb. Dat klinkt eenvoudig hé? Maar besef je even dat deze zin precies van mij vraagt wat ik nou zo moeilijk vind en die als een rode draad in al die vastgeroeste patronen opduikt.

Delen is helen!

Al is het oké, het kwam toch binnen wat we allemaal hebben besproken. Het roerde me en het raakte me. Dat iets oké is betekent niet dat het niet af en toe toch nog pijn doet. Delen is écht helen, dat is de kracht van dit soort gesprekken en dit hardop zeggen. Daar kan ik me over blijven verwonderen en dat is dan ook mijn voornaamste reden om mijn medewerking te verlenen aan dit project.

Dit en nog veel meer heb ik besproken in gesprek met Merel Verzijden in samenwerking met Mind Naasten Centraal en zal binnenkort te zien zijn in een module voor ouderschap voor ouders met een KOPP verleden. Spannend, maar zo belangrijk! I’ll keep you posted!

Ben jij de naaste van iemand die met psychische problemen kampt en heb je behoefte aan steun of een luisterend oor?

Mind Naasten Centraal is er speciaal voor naasten/ direct betrokkenen van mensen met psychische of psychiatrische problemen. Ook voor naasten die als gevolg van hun betrokkenheid op hun beurt weer psychische problemen hebben ontwikkeld:

Mind Naasten Centraal

Ik schreef een (werk)boek:

Hierin neem ik de lezer mee in mijn eigen ervaringen en mijn eigen proces waarin ik mijn overlevingsmechanisme onder de loep neem en ontrafel. Hiermee hoop ik herkenning te bieden die helpend is bij de erkenning van de ervaringen van anderen. Het is fijn te weten dat je niet alleen bent in je worstelingen. Alleen dat al kan troostend werken en een steun betekenen. Het is aan de lezer wat deze uit het (werk)boek wil halen: alleen lezen en herkenning/ erkenning/ inspiratie vinden of aan de hand van uitnodigende en prikkelende vragen ook een aanzetje maken tot het begrijpen van je eigen overlevingsmechanisme? Het is bedoeld als een laagdrempelig instrument voor iedereen die nog niet toe is aan de stap naar hulpverlening, maar wel behoefte heeft aan verbinding en een beetje richting. Je leest dus puur eigen ervaringen en geen theoretische of wetenschappelijke onderbouwing. Een stukje menselijkheid. Laagdrempelig en op je eigen tijd en tempo.

Uit je KOPP


Wil je op de hoogte blijven van nieuwe publicaties? Volg mij dan ook op Instagram: @judithevelien


Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *